Veelgestelde vragen en antwoorden PFAS in mijn tuin

Hier vindt u veelgestelde vragen over het moestuinonderzoek naar PFAS in groenten en fruit. Staat u vraag er niet tussen? Neem dan contact op met Ingrid Grutters, communicatieadviseur van dit onderzoek.

Algemeen

  • Wat is PFAS?
    PFAS is een afkorting en staat voor poly- en perfluoralkylstoffen: een groep van duizenden chemische stoffen. Bekende voorbeelden zijn PFOS, PFOA en GenX. PFAS worden door de mens gemaakt en komen niet van nature voor in het milieu. We weten nog weinig over wat er gebeurt als PFAS in het milieu terecht komen. Wel weten we dat ze over het algemeen:
    • Slecht afbreken
    • Zich makkelijk verspreiden
    • En zich ophopen in planten, dieren en de mens
    Door die eigenschappen zitten PFAS overal in onze omgeving en blijven daar ook lang aanwezig.
  • Waar zit PFAS in?
    PFAS zitten in veel producten. Ze zijn water-, vet- en vuilafstotend. Dat zijn handige eigenschappen, bijvoorbeeld voor regen- en sportkleding, antiaanbakpannen, pizzadozen, smeermiddelen en brandblusmiddelen. Fabrikanten zijn niet verplicht om op een product te vermelden of er PFAS in zitten. En soms zitten de stoffen niet in het product zelf, maar gebruikt de fabrikant PFAS als hulpstof bij het maken ervan. Het is dus lastig om als klant te weten welke producten ‘PFAS-vrij’ zijn. Op Waarzitwatin? vind je meer informatie over producten met PFAS. Informatie wat je kunt doen om niet teveel PFAS binnen te krijgen, kun je vinden op de website van de GGD.
  • Hoe komen PFAS in onze omgeving terecht?
    PFAS kunnen vast of los zitten in een product. Loszittende PFAS komen vrij als je dat product gebruikt. Bijvoorbeeld als je je fietsketting smeert met een PFAS-houdende spray of als je je tent waterdicht maakt met een impregneermiddel. Of als de brandweer een brand blust met PFAS-houdend schuim. Zitten de PFAS vast in een product, zoals in pannen of kleding? Dan komen de stoffen alleen vrij als je het product verkeerd gebruikt. Voor alle producten geldt dat er (resten) PFAS in het milieu komen als je het product uiteindelijk weggooit. Want PFAS breken niet af en ze verbranden ook niet in de normale afvalverbranding. In Dordrecht, Sliedrecht, Papendrecht en Molenlanden is veel PFAS terecht gekomen in de bodem. Dit komt doordat de fabrieken van DuPont en Chemours in Dordrecht lange tijd PFOA en GenX hebben uitgestoten. Ook in de andere gemeenten van Zuid-Holland Zuid is PFAS in de bodem terecht gekomen, maar in veel mindere mate. Dit komt door de windrichting, de wind vanuit Dordrecht waait vaker richting de genoemde gemeenten. Daardoor daalde daar meer PFAS en GenX neer.
  • Waarom worden PFAS nog steeds uitgestoten?
    In 2025 moet de totale uitstoot van PFAS naar de lucht met 99% zijn teruggebracht. Voor de uitstoot van GenX-stoffen is de reductie al voor >98% gerealiseerd.
  • Wat zijn de gezondheidsrisico's die ontstaan door het eten van groenten en fruit die PFAS bevat?
    Het regelmatig eten uit een (moes)tuin dichtbij de fabriek – nu en in het verleden – betekent niet dat er direct gezondheidsproblemen te verwachten zijn. PFAS kunnen effecten op de gezondheid geven als je deze stoffen langdurig veel binnenkrijgt. Mensen kunnen PFAS op verschillende manieren binnen krijgen, bijvoorbeeld via moestuingewassen maar ook via groenten uit de winkel als daar PFAS in zitten. Of gezondheidseffecten daadwerkelijk optreden, is afhankelijk van veel verschillende factoren. in het algemeen worden PFAS in verband gebracht met verschillende gezondheidseffecten. Ze kunnen een effect hebben op het immuunsysteem en op het cholesterol in het bloed.
  • Waar kan ik terecht met vragen over PFAS en gezondheid?
    Op de website van de GGD vindt u informatie over PFAS en de effecten op de gezondheid. Heeft u daarnaast vragen over PFOA, GenX en gezondheid? Dan kunt u contact opnemen met de GGD Zuid-Holland Zuid via telefoonnummer 078 – 770 8500 of e-mailadres mmk@ggdzhz.nl. Heeft u klachten of zorgen over uw eigen gezondheid? Neem dan contact op met uw huisarts.

Het moestuinonderzoek

  • Waarom is het onderzoek uitgevoerd?
    Het nieuwe moestuinonderzoek was nodig, omdat de hoeveelheid PFAS die iemand binnen mag krijgen om gezond te blijven fors is verlaagd. Met dit nieuwe onderzoek konden ook hele lage gehalten PFAS gemeten worden. Dat is belangrijk voor het geven van een goed advies. Nieuwe inzichten leiden tot nieuwe adviezen PFOA (tot 2012) en GenX (sinds 2012) zijn uitgestoten door Chemours/DuPont en in de omgeving terecht gekomen. En dus ook in moestuinen. PFOA en GenX behoren tot de groep PFAS. Uit nieuwe inzichten blijken PFAS al bij lagere concentraties schadelijke effecten te kunnen hebben. De gezondheidskundige grenswaarde voor PFAS in voedsel is daarom onlangs circa 20 keer lager geworden. Dat heeft ook geleid tot een aangescherpt advies voor eten uit (moes)tuinen in de omgeving van Chemours/DuPont. In juni 2021 adviseerde het RIVM om binnen 1 kilometer van de fabrieksschoorstenen van Chemours niet uit eigen moestuin te eten. Voor moestuinen verder weg kon het RIVM op basis van de beschikbare gegevens nog geen nieuw advies geven. Daarvoor is nieuw onderzoek nodig. Tot die tijd adviseert de GGD uit voorzorg om 1 tot 4 kilometer van de fabriek het eten uit eigen tuin te matigen: niet te vaak, niet teveel.
  • Hoeveel moestuinen zijn onderzocht?
    Er zijn totaal 22 tuinen onderzocht. 20 tuinen in de gemeenten Dordrecht, Sliedrecht, Papendrecht en Molenlanden en 2 tuinen in de gemeente Hoeksche Waard. Uit deze tuinen zijn monsters van groenten en fruit genomen. De tuinen in de vier gemeenten zijn zo uitgekozen, omdat zij op verschillende afstanden liggen van de fabriek. Zo meten we of de afstand vanaf de fabriek invloed heeft op de PFOA en GenX in het gewas. Daarnaast zijn het grote tuinen, zodat de onderzoekers genoeg monsters konden nemen van verschillende soorten groenten en fruit. De twee tuinen in de Hoeksche Waard liggen ver van de fabriek en niet in de windrichting. Daarom zijn deze tuinen als vergelijking gebruikt. Ook wel referentietuin genoemd. De uitstoot vanuit de fabriek in Dordrecht heeft geen invloed en we gaan er daarom van uit, dat deze tuin ongeveer dezelfde hoeveelheid PFAS bevat als alle tuinen in het hele gebied.
  • Welke groenten en fruit zijn onderzocht?
    Van alle soorten groenten (blad-, bol-, knol-, kool-,stengel-, vruchtgroenten en peulvruchten) en fruit (appel, peer, aardbei, druif en pruim) zijn monsters genomen. Daarmee hebben we een goed totaaloverzicht.
  • Waarom is er niet per gewas de hoeveelheid PFAS aangegeven?
    In sommige gewassen wordt meer PFAS opgenomen dan in andere gewassen. De verschillen zijn alleen zo klein dat er geen gewasspecifiek advies gegeven kan worden. Daarom geldt voor alle gewassen hetzelfde advies.
  • Hoe is het onderzoek uitgevoerd, met gewassen of ongewassen groenten / fruit?
    Alle groenten en fruit zijn eerst gewassen.
  • Is het onderzoek representatief?
    Ja, dat geeft het RIVM aan. Dit vanwege de vele monsters: verschillende locaties en verschillende soorten groenten en fruit. Het is een wetenschappelijke publicatie.
  • Waarom kunnen we de resultaten uit het onderzoek Helmond niet overnemen voor Dordrecht?
    In Helmond is een moestuincomplex op dezelfde manier onderzocht als in Dordrecht en omgeving. In Helmond worden andere gewasconcentraties gemeten dan in Dordrecht en omgeving. Daarnaast liggen de tuinen in Helmond op hoge droge zandgrond. Hier liggen de tuinen op rivierklei en veen. Stoffen worden anders opgenomen en vervoerd (uitspoeling). Daarom kunnen we de resultaten uit het onderzoek niet vergelijken.
  • Wat zijn de resultaten?
    Het laboratorium van het Wageningen Food and Safety Research Wageningen (WFSR) heeft alle monsters gemeten op het gehalte PFOA, GenX en nog 15 andere PFAS. Het RIVM voerde met de analyseresultaten een berekening uit. Kaart onderzochte moestuinen PFAS (zonder stippellijn) Het RIVM concludeert:
    1. in de gewassen op moestuinen die dichtbij de fabriek in Sliedrecht liggen (cluster B-S uit het rapport) zit zoveel PFAS, dat de mensen die dit eten teveel PFAS binnenkrijgen. Het advies is daarom om helemaal geen groenten en fruit te eten die daar in de grond geteeld zijn.
    2. in de gewassen van moestuinen die in alle vier de gemeenten liggen (clusters A, B-P, C, D, E en F uit het rapport) zit minder PFAS, maar wel iets meer dan de hoeveelheid PFAS in de referentietuin. Het advies voor deze moestuineigenaren is om met mate uit de moestuin te eten en dit regelmatig af te wisselen met groenten en fruit uit de winkel. Het is lastig om precies te vertellen wat ‘met mate’ is. Als u de helft van uw groenten en fruit uit eigen moestuin eet en de helft van uit de winkel, verlaagt u de blootstelling via moestuingewassen al met een factor twee. U kunt hierin zelf een afweging maken.
    3. in de gewassen van de verst gelegen tuinen in Molenlanden en de referentietuin (clusters G, H en R uit het rapport) zit wel PFAS, maar dat is erg weinig. Deze mensen kunnen alle groenten en fruit uit eigen tuin blijven eten. Dit kan het hele jaar door.
  • Wat betekent dat voor mij als inwoner of als moestuinder, waar geen onderzoek is uitgevoerd?
    Het onderzoek is alleen uitgevoerd in een aantal moestuinen. We gaan er vanuit, dat (moes)tuinen in de omgeving van de onderzochte tuinen hetzelfde gehalte PFAS bevatten. In welk gebied een tuin ligt is niet exact aan te geven. Daarom hebben de gemeenten een kaartje gemaakt, waar bij benadering de grenzen liggen. Binnen het rode gebied is het advies om niet uit te tuin te eten. Binnen het oranje gebied is het advies om af te wisselen. Buiten het oranje gebied geldt geen advies en kunnen inwoners en moestuinders onbeperkt groenten en fruit uit de tuin eten. Wilt u zeker zijn? Dan raden we aan om uw groenten of fruit in bakken te telen met grond uit de winkel. Twijfelt u in welk gebied u woont? Dan raden we aan om uit te gaan van het strengste advies. Kaart onderzochte moestuinen PFAS (met stippellijn)
  • Wat betekent het advies "wissel groenten uit de tuin af met de winkel"?
    Daar is geen absolute grens voor. Als u de helft van uw groenten en fruit uit eigen moestuin eet en de helft uit de winkel, verlaagt u de blootstelling via moestuingewassen al met een factor twee. U kunt hierin zelf een afweging maken.
  • Kan ik nog wel af en toe aardbeien of kruiden uit mijn eigen tuin eten?
    Het regelmatig eten uit een (moes)tuin dichtbij de fabriek – nu en in het verleden – betekent niet dat er direct gezondheidsproblemen te verwachten zijn. De berekeningen van het RIVM gaan er vanuit dat een persoon een leven lang bijna álle groenten en fruit uit eigen moestuin eet. Dat is vrij uitzonderlijk. Niet alle moestuinders eten altijd groenten en fruit uit eigen tuin. Het RIVM en de GGD adviseren om geen groenten en fruit meer te eten uit tuinen binnen 1 kilometer rond de fabriek. De meeste bewoners hebben geen moestuin en kweken hooguit wat fruit of kruiden in de tuin. De GGD geeft aan dat de hoeveelheid PFAS die iemand binnenkrijgt door af en toe bijvoorbeeld wat aardbeien of munt uit de tuin te eten heel beperkt is. U kunt hierin zelf een afweging maken. Wilt u zeker zijn, teel deze gewassen dan in bakken met daarin nieuwe grond die u gekocht heeft in de winkel. In een deel van Dordrecht geldt overigens al het advies om groenten en fruit niet in de volle grond te telen, vanwege de historische bodemverontreiniging met bijvoorbeeld lood die in de afgelopen eeuwen is ontstaan. Het telen in bakken of verhoogde borders met nieuwe grond uit de winkel is daar al langere tijd het advies.
  • Wat doe ik als mijn moestuin net op de grens tussen twee gebieden ligt?
    Het RIVM geeft een advies op basis van de berekeningen uit de onderzochte moestuinen. De grens van het gebied waarvoor dat advies geldt is niet exact te trekken. Als u twijfelt, neem dan contact op met de gemeente, dan kijken we samen welk advies u het beste kunt opvolgen.
  • Geldt dat advies ook voor andere moestuinen in deze gebieden?
    We kunnen de conclusie trekken, dat moestuinen in de omgeving van de onderzochte moestuinen vergelijkbare hoeveelheden PFAS in het gewas hebben. Deze moestuincomplexen zijn, voor zover bij ons bekend, ook geïnformeerd over de resultaten van het onderzoek.
  • Geldt dat advies ook voor inwoners die fruit, kruiden of groenten in hun tuin kweken?
    Mensen die groenten en/of fruit in hun eigen tuin kweken doen dit meestal beperkt: een fruitboom, wat aardbeien of bessen en kruiden. Mensen eten doorgaans dus niet veel uit eigen tuin. Wilt u zeker zijn en minder PFAS binnenkrijgen? Plant fruit en groenten dan in bakken op de grond of aan de muur met nieuwe grond er in. Voor inwoners vlakbij de fabriek (de cluster B-S) is het advies om geen fruit en groenten/kruiden in grond inclusief de kas te kweken, ook niet als u maar een paar planten heeft. Gebruik hiervoor altijd bakken die op de grond staan of aan de schutting hangen met grond uit de winkel. Zo kunt u blijven genieten van uw zelf gekweekte fruit en groenten.
  • Kunnen mijn kinderen wel veilig buiten spelen?
    De meeste PFAS die mensen binnenkrijgen, zit in voedsel. Van contact met de grond bij het werken en spelen in de tuin is de kans zeer klein dat je er veel PFAS van binnen krijgt. Kinderen kunnen dus veilig spelen buiten. Het is natuurlijk altijd verstandig om:
    • moestuingewassen en groenten en fruit (ook die uit de winkel!) goed af te spoelen voordat je ze opeet,
    • na het tuinieren of in de tuin spelen uw handen te wassen.
  • Kan ik uit de tuin blijven eten als ik zwanger ben of borstvoeding geef?
    De conclusies en adviezen zijn gebaseerd op veilige grenswaarden, de zogeheten gezondheidskundige grenswaarden. Die grenzen zijn zo streng dat ze voor iedereen bescherming bieden, ook voor zwangeren, baby’s en mensen met een zwakke gezondheid. Voor zwangere vrouwen die wonen in het onderzochte gebied geldt hetzelfde advies als voor alle inwoners. Meer informatie over PFAS en borstvoeding staat op de website van het RIVM.
  • Zijn er groenten en fruit die we beter niet meer kunnen eten?
    Nee. In bijna alle onderzochte gewassen zit PFAS. Er zijn wel verschillen gevonden tussen soorten gewas met minder en meer PFAS. Maar deze verschillen zien de onderzoekers niet altijd in elk monster op dezelfde manier terug. Er zijn geen soorten groenten of fruit gevonden die altijd té hoge gehalten PFAS hadden. De GGD adviseert sowieso om voldoende en gevarieerd groenten en fruit te eten, als advies voor een gezond voedingspatroon.
  • Bevat groenten en fruit uit de winkel ook PFAS?
    De NWVA is verantwoordelijk voor de hele voedselketen en meet ook stoffen, zoals bestrijdingsmiddelen en PFAS in groenten en fruit uit de winkel. Er wordt op dit moment een nieuwe meting uitgevoerd waarvan we de resultaten begin volgend jaar verwachten.
  • Wordt er nog meer onderzocht?
    In Nederland wordt doorlopend onderzoek gedaan over het vraagstuk van PFAS. Het RIVM rapporteert daarover, alle rapporten zijn te vinden op de website www.rivm.nl/pfas. Op dit moment lopen de volgende onderzoek nog in opdracht van de gemeenten: grond en (irrigatie)water
    • Ingenieursbureau Arcadis heeft in de moestuinen uit het onderzoek ook monsters genomen van grond en water uit de sloot, regentonnen en grondwater. Deze zijn ook geanalyseerd op PFAS. Als dit onderzoek is afgerond kunnen we een goed advies geven over het bewateren en dus het gebruik van de moestuin. We verwachten dit onderzoek ongeveer in oktober.
  • Kan ik lokaal producten blijven kopen en eten, zoals groenten, eieren, zuivel?
    Ja, dat kan. De NVWA is verantwoordelijk voor het toezicht op de voedselkwaliteit van de hele keten. Deze dienst van Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport onderzoekt regelmatig ons voedsel op chemicaliën, schadelijke bacteriën, schimmels en andere besmettingen. Wanneer er een reden is om geen lokale producten meer te eten, communiceert de NVWA daarover. Meer informatie over voedselveiligheid kunt u vinden op de website van de NVWA.
  • Wordt er weer een bloedonderzoek uitgevoerd?
    Nee. Opnieuw onderzoek doen is niet noodzakelijk volgens de GGD en het RIVM. De gezondheidsrisico’s van PFAS zijn beperkt. Er zijn momenteel geen signalen dat er in onze regio meer ziekten zijn die aan PFAS gerelateerd worden. Het is belangrijk om te zorgen dat je zo weinig mogelijk PFAS binnenkrijgt. (zie vraag: ‘hoe voorkom ik dat ik PFAS binnenkrijg?’).

Adviezen in kaart

Het advies dat geldt, verschilt per gebied. Op de kaart vindt u de verschillende gebieden terug: groen, oranje en rood. Hieronder leest u per gebied de veel gestelde vragen en antwoorden.Kaart onderzochte moestuinen PFAS (met stippellijn)

Moestuineneigenaren en inwoners die groenten en fruit in de tuin kweken binnen het rode gebied. Het advies: eet geen groenten en fruit uit volle grond.

Moestuinen en inwoners die groenten en fruit in de tuin kweken binnen het oranje gebied. Het advies: eet met mate en niet te vaak groenten en fruit uit volle grond.

Moestuinen en inwoners die groenten en fruit in de tuin kweken buiten het groene gebied. Het advies: u kunt groenten en fruit uit de tuin eten.

Moestuineigenaren en inwoners die groenten en fruit in (moes)tuin kweken kunnen deze het hele jaar blijven eten. De hoeveelheid PFAS in de gewassen is erg weinig en vergelijkbaar met de referentietuin in Hoeksche Waard. We gaan ervan uit, dat dit vergelijkbaar is met de rest van Nederland. In groenten en fruit uit de winkel zit ook een beetje PFAS, zodat het niet zoveel verschil maakt of u uit de tuin eet of dit afwisselt met groenten en fruit uit de winkel.

Het is natuurlijk altijd verstandig om:

  • groenten en fruit uit uw tuin of de winkel goed af te spoelen voordat u ze eet,
  • na het tuinieren of het spelen in de tuin je handen te wassen,
  • gevarieerd te eten van verschillende groenten en fruit.

Overig

  • Wat vinden de gemeenten en wat doen zij er aan?
    De gemeenten doen er binnen de wettelijke mogelijkheden die zij hebben alles aan om het lozen van stoffen als PFAS te stoppen, of in ieder geval te minimaliseren. De gemeenten vinden het heel vervelend dat u ongevraagd geconfronteerd wordt met de gevolgen van de uitstoot van deze PFAS. Die uitstoot moet wat de gemeenten betreft stoppen. Daar zetten zij zich samen met de GGD, de omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid én provincie Zuid-Holland voor in. Deze stoffen horen niet thuis in het milieu, niet in ons water, niet in ons voedsel. De gemeenten hebben de bedrijven dan ook aansprakelijk gesteld voor de gevolgen van hun uitstoot.
  • Wat gebeurt er om de uitstoot terug te dringen?
    Het terugdringen van PFAS is cruciaal. Specifiek voor onze regio geldt dat PFOA sinds 2012 niet meer wordt gebruikt en uitgestoten door Chemours/DuPont. De uitstoot van GenX, de vervanger van PFOA, wordt door de provincie Zuid-Holland zover als mogelijk teruggedrongen. De vergunning om GenX uit te stoten naar water en lucht is al een aantal keer fors aangescherpt tot het juridisch en technisch laagst haalbare niveau. Als de rechter instemt met de laatste aanscherping bedraagt de uitstoot naar water en lucht nog 5,2 kg per jaar. Verder heeft Chemours een miljoeneninvestering toegezegd om de uitstoot van deze en andere stoffen flink te verminderen. Voor de gemeenten zijn dit belangrijke stappen in de goede richting, maar ons standpunt is helder: de uitstoot van PFAS zoals GenX moet zo snel mogelijk naar nul. Deze stoffen horen niet thuis in het milieu, niet in ons water, niet in ons voedsel.
  • Hoe zit het met de controle op de vergunning van Chemours?
    De provincie controleert of Chemours de voorschriften van de vergunning naleeft. Bij zware risicovolle bedrijven is dat minimaal eens per half jaar. Dit gaat dan om een totale controle. Ook zijn er regelmatig deelcontroles op delen van het bedrijf.

Begrippenuitleg

In het rapport wordt een aantal begrippen gebruikt. Deze leggen we graag hieronder uit.

  • Wat is een gezondheidskundige grenswaarde?
    Een gezondheidskundige grenswaarde van een stof geeft aan wat de maximale hoeveelheid van een stof is die iemand binnen mag krijgen, zonder dat dit gevolgen heeft voor zijn gezondheid. Deze waarde wordt in risicobeoordeling gebruikt en heeft geen wettelijke status. Een voorbeeld van een gezondheidskundige grenswaarde is de TWI: Tolereerbare Wekelijkse Inname, deze geeft aan hoeveel je levenslang wekelijks mag binnen krijgen van een stof zonder dat dit gevolgen heeft voor de gezondheid. De gezondheidskundige grenswaarde voor PFAS in voedsel is door nieuwe inzichten fors lager geworden.
  • Waarom is de nieuwe grenswaarde zoveel lager?
    De Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid heeft uitgebreid onderzoek gedaan naar PFAS, de groep stoffen waar PFOA en GenX bij horen. Volgens EFSA tonen nieuwe wetenschappelijke inzichten aan dat 4 PFAS-stoffen mogelijk bij lagere hoeveelheden al negatieve gezondheidseffecten kunnen geven, specifiek op het immuunsysteem van mensen. Daarom kwam EFSA tot een lagere gezondheidskundige grenswaarde voor PFAS in voedsel. Het RIVM heeft deze waarde overgenomen en gebruikt deze vanaf nu bij hun berekeningen met alle PFAS-stoffen. Meer informatie vindt u op de website van het RIVM over PFAS.
  • Wat is het verschil tussen TWI (tolereerbare wekelijkse inname) en TDI (tolereerbare dagelijkse inname)?
    Beide worden door elkaar gebruikt en hebben inhoudelijk dezelfde betekenis. Daarbij geldt: de TWI is 7x de TDI. Bij dit moestuinonderzoek wordt bij voorkeur de TWI gebruikt als een weekgemiddelde. Want wat je eet wisselt per dag en daarmee wisselt ook de dagelijkse inname. Bijvoorbeeld een dag met hogere inname wordt gecompenseerd als je andere dagen weer een lagere inname hebt.
  • Wat is Relatieve Potentie Faktor (RPF)?
    Alle PFAS zijn schadelijk in het milieu, maar niet alle stoffen hebben dezelfde gezondheidseffecten. Om het totale effect van alle PFAS goed te kunnen vergelijken, heeft een aantal PFAS stoffen een waarde gekregen. PFOA heeft een waarde van 1. PFAS die een groter gezondheidseffect kunnen hebben krijgen een hogere waarde, PFAS die een kleiner gezondheidseffect kunnen hebben een lagere waarde. Zo kunnen de onderzoekers goed rekenen met de effecten.
  • Wat is voedselconsumptiepeiling?
    Het RIVM meet regelmatig wat mensen in Nederland eten aan voedingsmiddelen. Dit uitgebreide onderzoek wordt voedselconsumptiepeiling genoemd. Het RIVM heeft bij de berekening van de inname van PFAS via moestuingewassen rekening gehouden met de hoeveelheid groenten en fruit die mensen eten. Voor een totaal overzicht zie Voedselconsumptiepeiling | Voedselconsumptiepeiling.
  • Wat is een referentietuin?
    De twee tuinen in de Hoeksche Waard liggen ver van de fabriek en niet in de windrichting. Daarom zijn deze tuinen als vergelijking gebruikt. Ook wel referentietuin genoemd. De uitstoot vanuit de fabriek in Dordrecht heeft geen invloed en we gaan er daarom van uit, dat deze tuin dezelfde hoeveelheid PFAS bevat als tuinen in andere delen van Nederland.
  • Wat is ongeveer 1 nanogram (ng)?
    Dit komt ongeveer overeen met een druppel water in een olympisch zwembad.