1 jaar Omgevingswet: we maken de balans op

We zijn een jaar onderweg sinds de invoering van de Omgevingswet. En dus veel ervaringen,
samenwerkingen en vragen rijker; en wie weet illusies armer!? Hoe hangt de vlag er nu eigenlijk bij? We vroegen het collega’s vanuit verschillende units: toezichthouders, vergunningverleners, adviseurs en programmaleden door drie stellingen voor te leggen.

De Omgevingswet heeft de samenwerking bevorderd omdat je elkaars kennis nodig hebt

Toezicht: ‘’De samenwerking is absoluut bevorderd! In de aanloop naar de inwerkingtreding van de Omgevingswet leek de nadruk vooral te liggen op integraal samenwerken met externe keten- /handhavingspartners. Maar het afgelopen jaar heeft juist bewezen dat de samenwerking binnen onze organisatie meer dan ooit van belang is om het werken in het nieuwe stelsel mogelijk te maken. Met de hulp en de deskundigheid van je directe collega’s kom je onder de Omgevingswet het verst.’’

Vergunningen: ‘’De Omgevingswet zorgde niet per se voor een betere samenwerking en kennisuitwisseling. De regels staan meer verspreid; collega’s zoeken elkaar dus wel meer op. Maar dat is vooral omdat collega’s willen weten waar ze iets kunnen vinden.”

Advies: “Dit klopt zeker. Niet alleen omdat je elkaars kennis nodig hebt, maar omdat de Omgevingswet de leefomgeving centraal stelt en er daarbij vanuit gaat dat die leefomgeving integraal en samenhangend benaderd wordt. En niet vanuit elke sector apart. Hiervoor is samenwerking nodig. Ook de standaard termijnen voor vergunningverlening zijn (veel) korter dan voorheen. Worden er meerdere vergunningen tegelijkertijd aangevraagd voor hetzelfde initiatief? Dan moeten de verschillende overheden achter de schermen de vergunningen afstemmen. Ook dit lukt alleen wanneer er goed wordt samengewerkt in de keten.”

Programma: “Een van de ideeën achter de Omgevingswet is dat er sprake is van 1 loket. Tegelijkertijd is het mogelijk om aanvragen los van elkaar in te dienen. Hierdoor is het belangrijk om goed met elkaar samen te werken. Je moet meer checken bij gemeenten en andere ketenpartners of er op een locatie ook iets voor hun speelt. Je hebt elkaar dus meer nodig bij een project om kennis te bundelen en het totaalplaatje compleet te maken. Bijvoorbeeld een aanvraag voor een nieuw bedrijfspand. Dit raakt verschillende disciplines, zoals ruimtelijke ordening, bouwen, milieu, het waterschap én voor toezicht. Dit versterkt de samenwerking.”

De Omgevingswet is ''eenvoudig beter''

Toezicht: ‘’Oneens. Tot op de dag van vandaag is het veel zoeken. valt een specifieke verandering of plan onder een milieubelastende activiteit? Waar staan de regels? Is er sprake van een vergunningsplicht? Of is er sprake van overgangsrecht? Ook het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) wordt nog altijd niet als heel ondersteunend ervaren. Het DSO is het online systeem waar je vergunningen aanvraagt, meldingen doet en regels checkt onder de Omgevingswet.”

Vergunningen: ‘’De wet heeft het werk tot nu toe niet eenvoudiger gemaakt. Eerder lastiger! Doordat alles nu apart aangevraagd wordt, is nabellen vaak nodig om de aanvraag volledig te krijgen. Dit heeft impact op de werkvoorraad en verhoogt de werkdruk.”

Advies: ‘’Eenvoudiger zeker (nog) niet. Voor zowel burgers, bedrijven, adviseurs en overheden is het nog een zoektocht. Inhoudelijk zijn de regels misschien niet zoveel gewijzigd, maar ze zijn heel anders gegroepeerd. Ook heeft het Rijk veel regels, en dan met name milieuregels overgedragen aan gemeenten en waterschappen. De Rijksregels zijn voor een goede overgang als ’bruidsschat’ aan de gemeenten overgedragen, maar die moeten in de periode tot 2032 door de gemeenten vervangen worden door ‘eigen regels’. Het aanvragen van vergunningen voor een activiteit of meerdere samenhangende activiteiten verloopt via een nieuw digitaal systeem: het DSO. In het DSO kan een initiatiefnemer via checks nagaan welke verplichtingen er zijn voor een specifieke activiteit op een specifieke locatie. De ervaring leert dat ze daarvoor een hele set aan vragenlijsten door moeten ploeteren en dat de vragen ook vaak moeilijk te begrijpen zijn. Wat wel een pluspunt is, is dat er meer eenduidigheid is gekomen in begrippen en er minder sprake is van tegenstrijdigheden in regelgeving.”

Programma: “In de praktijk is de Omgevingswet niet ”eenvoudig beter”. Het is meer zoeken naar welke regels voor een bedrijf van toepassing zijn. Er kunnen landelijke regels zijn, regels vanuit de provincie, vanuit het waterschap en vanuit de gemeente. Daarbij kunnen er ook nog vanuit de vergunning regels zijn waar een bedrijf zich aan moet houden. Het is dus meer zoeken.”

Ook is er meer sprake van ‘activiteiten’ waarvoor weer verschillende regels gelden. Hierdoor krijg je in plaats van regels voor het geheel alleen regels voor een deel van een activiteit. Voor het een andere activiteit kunnen weer andere regels van toepassing zijn. Ook moet je wel een beetje thuis zijn in wat onder welke activiteit valt. Bijvoorbeeld voor een tankstation zijn er verschillende milieubelastende activiteiten van toepassing. Als er dan bij het tankstation iets wijzigt, moet je wel weten onder welke activiteit dit valt en wat je hiervoor moet regelen.

Voor burgers en bedrijven is de Omgevingswet ingewikkeld

Toezicht: “Dat is zeker waar. Voor de specialisten zoals wij is het al een uitdaging. Laat staan als iemand voor het eerst een vergunning nodig heeft voor een activiteit of een activiteit moet melden wat hiervoor nooit gemeld hoefde te worden. Het is vaak onduidelijk wie wat doet en wie waar bevoegd voor is.”

Vergunningen: “Dat klopt. We ontvangen nog teveel incomplete aanvragen van burgers.”

Programma: “Het is misschien nog te vroeg om hier iets over te zeggen. Maar we zien wel dat burgers en bedrijven soms moeite hebben met de Omgevingswet. Het is soms zoeken welke regels en activiteiten van toepassing zijn op een plan van een burger of een bedrijf en wat er allemaal nodig is om dit plan te realiseren.”

Hoe helpen we collega's (van OZHZ en van gemeenten) op weg?

Voor collega’s intern is een EHBO (Eerste Hulp Bij Omgevingswet) ingericht en zijn door zowel interne collega’s als door externen trainingen verzorgd. Om ons als dienst voor te bereiden op het werken met de Omgevingswet is sinds een paar jaar een programma Omgevingswet actief geweest, waarbinnen meerdere projecten zijn uitgevoerd. Een aantal van die projecten richtten zich op het ontwikkelen van tools voor onze opdrachtgevers. Zo hebben we in samenwerking met een andere Omgevingsdienst meerdere versies van een handreiking Milieu en bouwen in het omgevingsplan opgesteld. De laatste versie hiervan verschijnt binnenkort!

Om de gemeenten steeds mee te nemen in de belangrijkste veranderingen voor de verschillende milieuthema’s is een storymap ontwikkeld die ook te benaderen is via onze website.

En tot slot faciliteren we al vanaf 2016 een samenwerkingsnetwerk in de regio met gemeenten, provincie en ketenpartners om ons gezamenlijk voor te bereiden op het werken met de Omgevingswet. Zo startten we vorig jaar met een project om samen de milieuregels in het omgevingsplan voor te bereiden. Met als doel het uniformeren van deze regels.

Uitdagingen

De uitdaging zit ’m vooral in de integrale benadering van RO/omgevingsplan vraagstukken. Je kunt een vraagstuk vanuit verschillende invalshoeken benaderen, maar uiteindelijk moet iemand bepalen welk belang het grootste is. En dat zal in de meeste gevallen toch uiteindelijk het college of de gemeenteraad zijn. Het is aan de adviseurs en dus ook aan OZHZ om de plus- en minpunten van de verschillende keuzes helder in beeld te brengen zodat zij een afgewogen keus kunnen maken.

We ontvangen nog veel incomplete aanvragen. Vooral van burgers. Het is dus nog een uitdaging het systeem (DSO) te optimaliseren.

Bedrijven stellen meer vragen dan ooit. Zij weten niet welke regels gelden of ze weten niet waar ze de regels kunnen vinden. Burgers willen vooral dat de overlast van bedrijven wordt beperkt of beëindigd. Dit spanningsveld blijft voor ons een uitdaging!

Tot slot

Werken met de omgevingswet is toch nog wel een zoektocht. Net als je denkt dat iets helder is, dan blijkt het toch anders te zijn dan gedacht. En daarom lijkt het bundelen van de krachten binnen toezicht, vergunningen, juridische zaken en advies meer dan ooit nodig om tot een antwoord te komen.